gemakkelijk

Worttrennung:

ge·mak·ke·lijk

Aussprache:

IPA: [ɣəˈmɑkələk]

Hörbeispiele:  gemakkelijk ^(Info)

Bedeutungen:

[1] keine Schwierigkeiten oder Mühe verursachend; so, dass es keine Mühe macht

[2] bequem; ein angenehmes Gefühl bereitend

[3] von Personen: bereit sich anzupassen

Synonyme:

[1] makkelijk

[2] comfortabel, gerieflijk

[3] inschikkelijk

Gegenwörter:

[1] moeilijk

[3] ongemakkelijk

Beispiele:

[1] Het examen was vrij gemakkelijk.

Die Prüfung war ziemlich leicht.

[2] Trek toch iets gemakkelijkers aan!

Ziehe dir doch etwas bequemeres an!

Referenzen und weiterführende Informationen:

[1–3] Van Dale Onlinewoordenboek: „gemakkelijk“

[1, 2] uitmuntend Wörterbuch Niederländisch-Deutsch: „gemakkelijk“

Worttrennung:

ge·mak·ke·lijk

Aussprache:

IPA: [ɣəˈmɑkələk]

Hörbeispiele:  gemakkelijk ^(Info)

Bedeutungen:

[1] leichthin

Referenzen und weiterführende Informationen:

[1] Van Dale Onlinewoordenboek: „gemakkelijk“

[1] uitmuntend Wörterbuch Niederländisch-Deutsch: „gemakkelijk“