schrijven

schrijven (Niederländisch)

Verb

PräsensPräteritum
1. Person Singularschrijfschreef
2. Person Singularschrijftschreef
3. Person Singularschrijftschreef
Pluralschrijvenschreven
Konjunktiv Singularschrijve
Imperativ Singularschrijf!
Partizipschrijvendgeschreven
Eigenschaften
MorphologischBasisverb mit ge-
Starkes Verb Klasse 1
SyntaktischTransitives Verb

Worttrennung:

schrij·ven

Aussprache:

IPA: [ˈsχrɛi̯və(n)] (schrijf: [ˈsχrɛi̯f], schrijft: [ˈsχrɛi̯ft], schreef: [ˈsχreːf], schreven: [ˈsχreːvə(n)]), Partizip Präsens: [ˈsχrɛi̯vənt], Partizip Perfekt: [ɣəˈsχreːvə(n)], Konjunktiv I: [ˈsχrɛi̯və], [ˈsχrɛi̯və(n)] Imperativ: [ˈsχrɛi̯f]
Hörbeispiele:  schrijven (Info)

Bedeutungen:

[1] schreiben

Gegenwörter:

[1] lezen

Beispiele:

[1] Ik schrijf een brief.

Wortbildungen:

beschrijven

Übersetzungen

Referenzen und weiterführende Informationen:

[1] Van Dale Onlinewoordenboek: „schrijven
[1] PONS Niederländisch-Deutsch, Stichwort: „schrijven
[1] dict.cc Niederländisch-Deutsch, Stichwort: „schrijven
[1] uitmuntend Wörterbuch Niederländisch-Deutsch: „schrijven
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.